Featured

Als ik weet dat ik er alles aan gedaan hebt, laat ik het los

De Turkenpoli. Zo wordt ziekenhuis Westeinde in de volksmond ook wel genoemd. Een wat schamper klinkende bijnaam als symbool voor een divers opgebouwde patiëntengroep van veelal verschillende nationaliteiten. Bij binnenkomst op de afdeling verloskunde straalt prinses Maxima mij tegemoet. Haar foto, genomen bij de opening van een nieuwe unit, hangt recht tegenover de 'verloskamer' van Ruth Smilde en haar collega-verloskundigen. Zelf beviel Maxima in het Bronovoziekenhuis in een ander deel van Den Haag. Daarmee illustreert haar portret onbedoeld een onderscheid in het type patiënten dat hier de afdeling frequenteert.

Big Brother let op moeder en kind
Ruth: 'Letterlijk van alles komt hier. Veel niet-westerse immigranten, maar ook mensen uit de gevangenis, prostitué's, vrouwen die de Nederlandse taal niet machtig zijn enzovoorts. Wat ze verenigt, is dat ze allemaal een kind krijgen. De reden dat ze in het ziekenhuis zijn, is dat dit niet vanzelf gaat.' Ondersteuning vindt onder meer plaats via een wakend oog, gevat in de beeldschermen op de centrale post, schuin tegenover de kamer waar de verloskundigen kantoor houden. Door alle bedieningspanelen en computerschermen met zicht op de ctg's in de diverse kamers, doet de controlekamer denken aan een alles overziend commandocentrum. Big Brother is watching. Alles wordt gezien, niets blijft onopgemerkt?

Ruth: 'Het is zonder meer prima dat de apparatuur ons een handje helpt. Waar ik voor wil waarschuwen, is dat we te afhankelijk worden van meetinstrumenten en echo-apparaten. Sommige vaardigheden raken we langzamerhand kwijt in de verloskunde. Het goed met de handen voelen bijvoorbeeld, kunnen professionals minder goed in de praktijk.' Ruth wil graag haar kennis en vaardigheden op verloskundig gebied overdragen aan de professionals in opleiding. Coassistenten die na vijf jaar studie denken veel in huis te hebben, maar in feite nog alles moeten leren. 'Verloskunde is een belangrijk specialisme. Welke kant ze later ook opgaan, zwangere patiënten zullen ze in hun werkend leven altijd ontmoeten. Ik zie het als mijn taak de aankomend arts hierin behulpzaam te zijn.'

Dagje ER bij wijze van coaching
Dat doet ze door kennis te delen, maar ook praktisch met ze te oefenen. 'Af en toe spelen we een dagje ER. Komen ze een kamer binnen zonder te weten wat ze aantreffen. Zien ze een vader die flipt omdat zijn vrouw een eclamptisch insult heeft. Wat doe je dan? Moeten ze flink over peinzen hoor. Tamelijk bleu zijn ze in het begin. Ik leer ze eerst en vooral zorg te dragen voor de medische hulp aan de patiënte. Voor het acute moment geldt dus: houd die man weg. Desnoods zet je hem letterlijk apart, zodat hij niet in de weg loopt bij de behandeling. Onmiddellijk gevolgd door: betrek hem er weer bij. Voor een partner is het echt verschrikkelijk dit van zijn vrouw te zien. Biedt daarom begrip en een luisterend oor. Nou, doe dat maar eens. Niet bepaald eenvoudig. Na een periode van jaren zie ik de artsassistenten terugkeren na hun opleiding, en merk ik: ze zijn zo gegroeid, ze zijn als het ware echt in hun witte jas gevallen. Ze zijn arts!'

Bredere blik door buitenlandervaring
Ruth, klinische verloskundige en echoscopiste met ruime werkervaring in Engeland en het Midden-Oosten, vertelt graag en gretig over haar vak. Over de valkuilen en de uitdagingen, de veranderingen die in de loop der jaren hebben plaatsgevonden, haar opvattingen over de omgang met zwangeren die ze op haar spreekuur treft. Over de toenemende medicalisering met de bijbehorende voor- en nadelen. Haar buitenlandervaring en bijbehorend referentiekader maakt dat ze met een bredere blik kijkt naar verloskundige zorg.

'De aanwezigheid van verloskundigen in het ziekenhuis is in Nederland, in tegenstelling tot het buitenland, helemaal niet zo vanzelfsprekend. Meestal zijn verloskundigen als zelfstandige werkzaam buiten het ziekenhuis. Contact is er alleen bij problemen die opname in het ziekenhuis vereisen zoals bijvoorbeeld een stuitligging, een dreigende eclampsie of HELLP.' Die situatie behoeft verbetering, zo vindt Ruth.

'Verloskundigen en gynaecologen weten elkaar nog niet zo gemakkelijk te vinden. Er is sprake van concurrentie en broodnijd waardoor eilandjesgedrag ontstaat. Typerend voor ons land en zorgwekkend als het gaat om juiste en tijdige overdracht van risicopatiënten. In Engeland, Saoedi-Arabië en de Emiraten waar ik werkzaam was, speelt deze problematiek niet, simpelweg omdat verloskundigen daar niet de zelfstandige status hebben zoals hier. Ze werken altijd onder verantwoordelijkheid van een arts in een ziekenhuis.'

Kracht en eigenheid van de zwangere
'Het Nederlands verloskundig systeem is befaamd omdat het mooi aansluit bij de autonomie van de zwangere. Vrouwen kunnen thuis zo autonoom zijn in het baren van een kind. Hierdoor verloopt de bevalling vaak soepeler en sneller. Indrukwekkend is het hiervan getuige te zijn. Canada heeft ons systeem van thuis bevallen omarmd maar was zo slim de ineffectieve en verkeerde dingen eruit te snijden. De focus ligt er, veel meer dan hier, op een goede overdracht van thuis naar ziekenhuis.' Zo voorkom je problemen die ontstaan door een gebrekkige communicatie tussen verloskundige en arts.

Ruth pleit er hartstochtelijk voor om ook binnen de muren van het ziekenhuis de zelfstandigheid van zwangeren zoveel mogelijk te bewaren. 'Vrouwen die naar het ziekenhuis gaan, leveren, hoe je het ook wendt of keert, bij de drempel van de ingang een stuk van hun autonomie in. De kunst is met elkaar een klimaat te scheppen dat vrouwen uitnodigt hun eigen sfeer te maken. Het gaat niet om die schemerlamp of schommelstoel – ik lobby er al jaren voor trouwens. Waar het om gaat, is dat je inspraak krijgt in hoe je wordt behandeld. Voorkom dat een vrouw machteloos in een bed ligt af te wachten wat er gebeurt.'

Mentaliteit van het moederland
'Bij onze patiëntenpopulatie hier in Westeinde zie je dat al gauw, die afwachtende houding. Het is een specifieke groep in een aantal opzichten. Omdat ze soms niet zo goed Nederlands spreken, minder goed zijn opgeleid en ze in hun land van herkomst die autoriteit óók volledig aan hun artsen zouden geven. De mentaliteit van hun moederland weerspiegelt zich in de manier waarop ze zich hier opstellen. Verder zijn er raciale verschillen die opvallen bij onze patiënten in Westeinde. Een zogenaamde kwaadaardige bloeddrukstijging is iets waar Afrikaanse vrouwen patent op lijken te hebben. Met alle risico's van dien voor het optreden van pre-eclampsie en HELLP. Overgewicht als gevolg van een bepaalde leefstijl is een indicator voor zwangerschapsproblemen. Het aantal vrouwen dat hiermee kampt, stijgt. In verhouding is deze groep hier oververtegenwoordigd.' Naast dit soort lichamelijke risicofactoren, is er ook een groep mensen die zich vanwege hun sociaal-maatschappelijk moeilijker positie niet snel meldt. 'Wat dat betreft zitten we hier in de kweekvijver. We zijn afhankelijk van de patiënten die hier binnenkomen, we rekruteren ze niet hierheen te komen natuurlijk. Voorlichting is cruciaal. Om ook mensen die niet de Ouders van Nu lezen, te bereiken met belangrijke informatie. Preventie is van belang.'

Dwarsligger met nuchtere blik
Autonomie, zelfstandigheid, het delen van kennis met als doel de ander zelf beslissingen te laten nemen, Ruth ziet het als belangrijke waarden. Gelijkwaardigheid als basis vormt een essentieel onderdeel van haar houding tegenover patiënten. Deze opstelling leverde af en toe wrijving op in de omgang met collega's. 'Toen ik hier in dienst kwam, dacht ik klip en klaar wat veranderingen in gang te zetten. Ik had ideeën over hoe het beter kon, wilde voortvarend hiermee aan de slag. Een arrogante opstelling, zo werd me wel verweten. Dat was oprecht niet mijn bedoeling. Nu zou ik het anders aanpakken, wat meer de weg van de geleidelijkheid bewandelen. De manier waarop je iets brengt, speelt hierin een sleutelrol. Mijn sterke kant ligt juist op het vlak van communicatie, maar mijn bevlogenheid stak onbedoeld een spaak in het wiel. Drammerigheid lag op de loer en dat werkt niet. Met een brede lach: 'Aan de andere kant: soms moet je durven dwarsliggen als je ergens van overtuigd bent. Pas dan bereik je iets. Zoals een eigen kamer!'

Voor die eigen kamer, werkplek van haar en haar collega's, heeft Ruth behoorlijk moeten lobbyen bij de directie van Westeinde. 'Zie het maar als een symbolische strijd voor de eigen plek in de organisatie die we hebben veroverd. De koffiekamer waar iedereen zit te kakelen leek me geen geschikte plek voor onze verslaglegging en het noodzakelijk onderling overleg. Nu, na verloop van tijd, is de directie blij met ons en overtuigd van de noodzaak van deze eigen plek. Al was het maar vanwege onze nuchtere blik.'

Minder paternalisme, meer inspraak van de zwangere. Dit in nauw overleg met haar behandelend professional. Het welzijn van moeder en kind staat daarbij voorop. In een notendop het ideaal van Ruth verwoord. 'Het gaat om vrouwen die moeder worden. Of het nu drugsverslaafde, heel jonge alleenstaande meisjes zijn of ernstig zieke vrouwen met HELLP, zolang we door alle problemen heen maar blijven zien dat deze specifieke vrouw moeder wordt.' Deze boodschap centraal stellen in de soms zeer medisch getinte context, ziet Ruth als een van haar taken. Daarbij schuwt ze de vooruitgang geenszins. 'Het ambachtelijke van sommige van mijn collega's vind ik niet meer passen in de 21e eeuw. Vroedvrouwen die gekant zijn tegen pijnstilling getuigen van een dogmatische instelling. Onomkeerbaar verandert de zorgvraag vanuit de gemeenschap. De pijntolerantie is afgenomen zo merken we. Ons streven is hierbij aan te sluiten en zo goed mogelijk de zwangere en haar partner te adviseren en te begeleiden.' Tegelijkertijd wil ze onnodige medicalisering tegengaan. 'Als verloskundige thuis spoor je eerder vrouwen nog aan wat heen en weer te lopen om de weeën beter te kunnen opvangen, eens lekker in bad te gaan zitten of een warme douche te nemen. Eenmaal in het ziekenhuis bestaat de neiging ze meteen aan het infuus of de weeënopwekkers te leggen.'

Verantwoordelijkheid nemen
Haar aanpak weerspiegelt haar opvatting over het nemen van eigen verantwoordelijkheid: 'Ik leg al jaren uit wat een nekplooimeting inhoudt, namelijk een kansbereking op het syndroom van Down. Ik vertel vrouwen dat je de test niet hoeft te doen, maar dat áls je de test doet, je moet nadenken over de gevolgen ervan. Het roept de vraag op: Wat te doen wanneer de uitslag minder gunstige getallen aangeeft en het risico op een kindje met Down groter is? 'Ja nou nee dokter', zo luidt vaak het standaardantwoord, 'Zegt u maar wat ik moet doen.' Daar neem ik geen genoegen mee. Als professional probeer ik een alternatief te bieden, namelijk door serieus met zo'n vrouw en haar partner in gesprek te gaan. Helaas zien veel echte dokters daar de noodzaak niet van in. Ze laten het erbij zitten uit gemakzucht of onmacht. 'Ik vertel ze toch gewoon wat ze moeten doen, volgens mij?' klinkt dan hun verdediging. Jammer, want zo draag je eraan bij dat een deel van de eigen kracht bij de patiënte verdwijnt. Naar mijn idee gevoed door je eigen houding.'

Dit voorbeeld betreft dan nog de gezonde zwangere die voor een ingrijpend besluit staat. Wat te doen bij de groep vrouwen die van gezonde zwangere opeens verandert in een ernstig zieke patiënte, getroffen door pre-eclampsie of HELLP. Hoe ondersteun je deze vrouwen, met behoud van die gewenste autonomie?

'Heel erg ziek zijn deze zwangeren. Ze voelen zich vaak bang en heel afhankelijk. Contact maken, ze geruststellen waar dit kan, er voor ze zijn; dat is wat ik kan doen. Veel uitleg en voorlichting geven aan patiënten zie ik als een van mijn belangrijkste taken. Het is ook mijn talent waarschijnlijk. Vrouwen vinden het prettig gekend te worden in beslissingen. Dat komt omdat ik haar als gelijke behandel, me uitnodigend opstel, samen met haar een plan maak. Dat is het ideaalplaatje hoor. Taalbarrières, ontzag voor de witte jas, bij een specifieke groep vrouwen speelt dit een doorslaggevende rol, meer dan mij lief is. Zeker als ze zo ernstig ziek zijn.'

Bestaand beleid behoeft bijsturing
Deels heeft het ook met opleiding en achtergrond te maken. Met alleen maar lagere school is het lastig een complexe situatie te overzien. Een andere culturele achtergrond brengt eigen problemen met zich mee. Niet gewend zelf beslissingen te nemen, zijn dit bij uitstek de patiënten die de verloskundige of arts als autoriteit zien en zich volledig afhankelijk maken van diens opvatting. 'Natuurlijk zijn de beslissingen die genomen worden, ingrijpend. Vooral ook omdat je het nooit over kunt doen. Je kiest voor een bepaald beleid en zult nooit weten hoe het had uitgepakt wanneer je een andere aanpak had gekozen. Of het dan beter of slechter zou zijn gegaan. Die onzekerheid is een gegeven, onlosmakelijk verbonden met het specialisme verloskunde. Bovendien vraagt acute nood soms om een snel ingrijpen. Daardoor is het beleid heel vaak gebaseerd op een mening.'

Ruth licht toe: 'Frappant vond ik het te merken dat in een specifiek geval je in Engeland voor de tuchtraad komt als je een handeling níet verricht. In Nederland daarentegen moet je voor de tuchtraad verschijnen als je diezelfde handeling wél uitvoert. Fascinerend toch? In geval van gebroken vliezen bijvoorbeeld word je in Engeland geacht te toucheren. Dit vanuit de gedachte dat de navelstreng uitgezakt kan zijn; dat hoor je uit te sluiten. In Nederland is de opvatting precies tegenovergesteld: niet onnodig toucheren vanwege het risico op een infectie. Wetenschappelijk is niet aangetoond dat het een beter is dan het ander.' Tegenovergestelde meningen over de gewenste aanpak. Wat is wijsheid in deze?

'Voor beide opvattingen zijn argumenten voorhanden. Het is allebei onderbouwd. De les die ik eruit heb getrokken, is dat ik redeneer tot ik er zelf achter ben wat ik moet doen. Uiteraard in overleg met collega's en met instemming van de patiënte. Het gaat om haar tenslotte.' Over de opvatting bij HELLP de zwangerschap voortijdig te beëindigen, verschilden de inzichten per land ook nogal eens. Stond Nederland, in tegenstelling tot de VS, jarenlang bekend om haar afwachtende beleid bij (dreigende) HELLP, tegenwoordig grijpen artsen sneller in. Bestaand beleid behoeft nu eenmaal bijsturing op grond van opgedane ervaringen. Ervaringen die harde lessen bleken. Immers, de moederlijke sterfte bleek relatief hoog in Nederland, mede door deze eerder gepropageerde afwachtende houding. Zo werd bestaand beleid achterhaald beleid.

'De organisatorische setting in een land beïnvloedt onwillekeurig je aanpak. Dat merkte ik aan mijzelf tijdens mijn werk in het buitenland. Door de organisatorische structuur en bijbehorende cultuur in Engeland functioneerde ik min of meer als radartje in een groter geheel, onder toezicht van een gynaecoloog. Vaste protocollen die je opleggen wat je moet doen, zijn nuttig en handig, maar maken mensen ook een beetje denklui. Mijn zelfstandigheid kwam in de praktijk eenvoudigweg niet uit de verf. Ongemerkt leverde ik een stukje van mijn autonomie in, net zoals zwangeren dat doen die in het ziekenhuis bevallen in plaats van thuis. Die overeenkomst tussen hen en mij zie ik wel.'

Tussen de klippen door
'Het risico op HELLP en pre-eclampsie is één van de redenen waarom je een vrouw aan het eind van een zwangerschap iedere week wilt zien. Voor me zat eens een zwangere die niet eens een hoge bloeddruk had. Toch had ze HELLP. Was ik bijna ingetrapt. Naderhand zijn dat van die momenten dat je denkt: we zijn tussen de klippen door gegaan. Een andere vrouw stuurde ik door omdat ik haar buik wat klein vond. Dit zaaide twijfel bij mij en ik nam contact op met de gynaecoloog. Het kind bleek inderdaad niet goed gegroeid. Bij een termijn van 27 weken past een gewicht van een kilo, maar het kind was slechts ongeveer 600 gram. Geen enkele aanwijzing was er verder, tot de vrouw acuut niet lekker werd en het gierend uit de klauwen liep. Overplaatsing naar het academisch ziekenhuis, het kind werd met spoed gehaald. Helaas heeft de baby deze vroeggeboorte niet overleefd. Dan sta je met lege handen.' Nazorg heeft in dit soort gevallen hoge prioriteit. 'In volgende zwangerschappen kom ik deze vrouwen weer tegen. Mét hun enorme angst. Ze vertrouwen hun lijf vaak niet meer. Hun eigenheid is op een bepaalde manier aangetast. Ik probeer ze hun verhaal te laten doen. Alleen het aankaarten doet al heel veel, merk ik. En natuurlijk kan ik mooie echo's voor ze maken. Die mogelijkheid misbruik ik vreselijk!' Jezelf de schuld geven kan een manier zijn om een illusie van controle in stand te houden. 'Als ik dat merk bij vrouwen, probeer ik dat door te prikken. 'Natuurlijk joh, dat heb je met opzet allemaal helemaal verprutst.' Dan schieten ze soms wel in de lach, zien ze het absurde van hun redenering. Het is echt hun schuld niet. Sommige dingen komen nu eenmaal uit de lucht vallen.'

Heel andere omstandigheden kunnen ook tot grote problemen leiden. Denk aan zogenaamde zorgmijders of mensen die de juiste zorg door omstandigheden niet tijdig bereiken. Mensen die willens en wetens niet verzekerd zijn. Ze nemen het risico, in een enkel geval puur vanwege financiële overwegingen, redenerend vanuit de gedachte dat het wel goed gaat. Voorbeeld hiervan was een onverzekerde jonge vrouw van Bulgaarse afkomst, begin twintig, die zich op de Eerste Hulp meldde met een huisgenoot. 'Het was haar eerste zwangerschap en ze was nog niet eerder door een van de collega's in het ziekenhuis gezien. Twee insulten bleek ze al te hebben gehad thuis, niet herkend door wie dan ook. Ze dacht blijkbaar: 'Het ging weer over, dan zal het nu ook wel weer over gaan.' Totdat het niet meer ging natuurlijk en ze op de Eerste Hulp belandde, uitgeput en apathisch. Ter plekke kreeg ze haar derde insult.'

Professioneel blijven zonder oordeel
'Geen woord Nederlands sprak ze. Mij begreep ze dus ook niet. Ze oogde heel bang en onzeker. Heel triest. Met de echo heb ik een paar mooie foto's van het kindje gemaakt. Een klein gebaar dat ik kon maken in deze omstandigheden. Ik dacht: Wat er verder ook gebeurt, dat heeft ze in ieder geval van haar kindje.' Met spoed is ze overgeplaatst naar het academisch centrum in Leiden. Bij een zwangerschapstermijn van 27 weken werd via een keizersnede een heel klein kindje geboren. 'Een zware tijd ligt in het verschiet, met haar eigen herstel en een te vroeg geboren, te kleine baby. Het kindje doet het heel goed gelukkig. Bij ons op de afdeling heerste een sfeer van: 'Potverdorie, hoe kan ze zo stom zijn om nu pas te komen!' Inwendig is dit onze primaire reactie. De kunst is professioneel te blijven en haar zonder oordeel te helpen. Toch zegt zo'n uitzonderlijke situatie als bij dit Bulgaarse meisje, ook iets over ons vind ik. Tuurlijk; wij hoeven niet ons ziekenhuis open te stellen voor iedereen die hier uit Oost-Europa toevallig binnen komt wandelen. Aan de andere kant; iemand die zo ziek is en geen zorg durft te vragen, dat geeft ook te denken. Het weerspiegelt het huidige klimaat waarin de zorg niet zo laagdrempelig is als we misschien wel zouden willen. Het zijn incidenten, maar ze gebeuren toch met een zekere regelmaat. We kunnen onze ogen er niet voor sluiten.'

Culturele bagage als barrière
De moeilijkst te bereiken groep heeft de informatie juist het hardste nodig. Hoe bereik je die? 'Frequente controles zijn een middel om hier grip op te houden, in combinatie van psychosociale begeleiding. Waar woont de zwangere? Hoe is de thuissituatie? Is er een sociaal vangnet? Je kunt niet altijd, hoe graag je ook zou willen, de patiënte optimaal informeren. Zelfs al zou dit kunnen, dan is er vaak nog een miskenning vanuit de patiënte zelf. Heel vaak komen ze uit landen waar ziekte heel wat anders is dan zwangerschap. Zwangerschap, zo luidt de stilzwijgende opvatting, dat kunnen we zelf wel, daar zijn we voor gemaakt. Die culturele bagage is soms een te nemen barrière. Of heerst de veronderstelling dat wij ze ziek maken. Een Turkse vrouw verweet ons dat een vaginale echo een miskraam had veroorzaakt. Tegen zo'n idee is bijna niet op te boksen.'

'Als ik weet dat ik er alles aan gedaan hebt, laat ik het los. Tuurlijk, mijn hart bloedt in sommige gevallen. Maar dan denk ik: Het is ook háár verantwoordelijkheid wel te verschijnen op afspraken en zich te houden aan gezonde leefregels.'

Energie haalt ze uit de bevrediging dat ze haar werk goed doet. Bij de geboorte van nieuw leven mogen zijn, blijft een magisch moment. Zelfs als het niet goed afloopt, kan ze met een goed gevoel naar huis gaan omdat ze alles heeft gedaan wat ze kon. Openheid heeft getoond, zich collegiaal heeft opgesteld, overzicht heeft helpen scheppen. Dit alles met als doel een veilige situatie te creëren voor moeder en kind. 'Het kan hier soms zo spoken op de afdeling. Gebeurt er zoveel tegelijk. Onderlinge communicatie is dan cruciaal.'

Kwaliteit voor de toekomst
Onderwijs aan artsen in spé biedt Ruth zichtbaar plezier. Zij houdt hen graag een spiegel voor. 'Bespreek ik een casus van een zwangere vrouw met hoge bloeddruk. Vrijwel allemaal willen ze medisch aan de slag. Heel goed en nuttig kan dit zijn hoor, hierover geen misverstand. Maar is het meteen nodig? Roep ik: 'Hee, er zit een patiënte aan dit apparaat hoor! Doe daar iets mee.' Kijken die jonge coassistenten me aan of ze het in Keulen horen donderen. Mijn taak is ze uit te nodigen eerst en vooral met een andere, menselijke blik naar de zwangere te kijken. Straal als professional rust uit, schep vertrouwen, sluit de gordijnen om externe prikkels tegen te gaan, schenk voor mijn part een kopje thee; creëer rust en maak contact met de vrouw. Vanuit contact kun je namelijk een betere diagnose stellen. Ontnuchterend relativerend misschien, maar uiterst leerzaam.'

Ruths vurige wens is zwangerschap en bevalling als een menselijk gebeuren te blijven zien. 'Als je dat voor ogen houdt, komt het wel goed. In een nieuwe vorm wellicht die we met elkaar moeten zien te vinden. Bevallen in het ziekenhuis op termijn? Best. Zorg dan wel dat vrouwen een eigen sfeer kunnen neerzetten. Dat ze vanuit hun eigen kracht de bevalling kunnen doen, compleet met de zorg eromheen die ze nodig hebben. Zo verenig je het beste van twee werelden.'

De eigen 'verloskamer' blijkt na afloop van het gesprek ook een kleedkamer. Razendsnel verwisselt Ruth haar werkoutfit voor haar gewone kleding. De dienst zit erop voor vandaag. Morgen is het weer vroeg dag. Routine wordt het nooit. 'Op het moment dat het routine wordt, ga ik acuut met pensioen', lacht ze.



Naar boven